Hal en bordes van het (monumentale) Bossche stadhuis zijn niet toegankelijk voor veel burgers met een beperking. Aan de achterkant is er weliswaar een liftje, maar dat is niet geschikt voor gebruikers van gangbare (elektrische) rolstoelen. Het liftje werd indertijd op verzoek van oud-CDA-raadslid Wil Zetz aangelegd, de dienstdoende ambtenaar vergat gebruik te maken van de deskundigheid van het Gehandicaptenplatform. Met een onbruikbaar liftje als resultaat. Alleen te gebruiken als je een rolstoel nodig hebt vanwege een gebroken been, verder ook niet eens geschikt voor de bevoorrading van het stadhuis.
Namens GroenLinks stelde ik daar twee keer schriftelijke vragen over aan het college van burgemeester en wethouders zonder een bevredigend antwoord te krijgen. Daarom werd het tijd voor een bespreeknotitie. Afgelopen maand stond die op de agenda van de commissie MO. Alle fracties vonden (juist als wij) dat de hal (en het bordes) toegankelijk gemaakt moet worden voor zoveel mogelijk burgers met een beperking.
De wethouder stribbelde aanvankelijk wat tegen: stadskantoor en bestuurscentrum waren toch al prima toegankelijk voor iedereen. De hal van het stadhuis vond hij geen ‘functionele ruimte’, hij ging zo natuurlijk helemaal voorbij aan de maatschappelijke en symbolische betekenis van hal en bordes. Halverwege de week voor de raadsvergadering stuurde hij de gemeenteraad toch een brief waarin hij aankondigde de kosten voor een goede lift te willen onderzoeken. De unanimiteit van de commissie overtuigde blijkbaar.
GroenLinks had een motie ‘toegankelijkheid van de hal van het stadhuis’ klaarliggen. Die hebben we afgelopen woensdag tijdens de raadsvergadering niet ingediend. We houden die even aan tot de resultaten van het onderzoek bekend zijn. En hopen dat er dan geen motie meer nodig is en die bruikbare lift er na ruim een jaar soubatten eindelijk gewoon komt.
Antoon van Rosmalen schrijft af en toe 